De Valk Wekerom Uw partner in diervoeders.
De Valk Wekerom Kwaliteit, continuïteit en betrouwbaarheid staan centraal.
De Valk Wekerom Gespecialiseerd in mengvoeders.

Eigen krachtvoer telen, hoe doe je dat eigenlijk?

Het areaal veldbonen in Nederland is van 1.100 ha in 2022 naar 2.500 ha gegroeid in 2023, aldus Limagrain (Nieuwe Oogst, 2023). Deze stijging verklaart Limagrain door het veranderende GLB waarbij het telen van een eiwitbindend gewas sterk beloond wordt. Daarnaast kan het door gestegen krachtvoerprijzen financieel aantrekkelijker zijn om zelf krachtvoer te telen. In dit artikel willen we hier verder op ingaan.

 

Eerst voldoende ruwvoer
Voordat er krachtvoer geteeld wordt, is het belangrijk om te kijken of er voldoende ruwvoer is. Als er een tekort aan ruwvoer is, kan dit beter eerst geteeld worden. Eigen krachtvoer telen geeft een lagere droge stof opbrengst en geeft meer risico’s dan het telen van ruwvoer. Zo ligt de droge stof opbrengst bij biologische tarwe op zandgrond rond de 4 á 5 ton product per ha, terwijl dit bij gras of mais tussen de 8 en 15 ton droge stof per ha ligt. Bij slecht weer of hoge onkruiddruk kan een lagere opbrengst behaald worden dan bij krachtvoerteelt.

 

Monoteelt of mengteelt
Voor er gezaaid wordt, is het van belang om te beslissen of er meng- of monoteelt gezaaid wordt. Monoteelt heeft een wat hogere opbrengst en is eenvoudiger te telen. Zowel met zaaien als met onkruid bestrijden en oogsten hoeft de machine maar op één gewas afgesteld te worden. Mengteelt heeft als voordeel dat er wat spreiding is in risico. Een gewas als veldbonen kan soms slecht opkomen. Door er graan doorheen te zaaien, kan dit helpen het onkruid te onderdrukken, in de wintermaanden te beschermen tegen de vorst en om het gewas overeind te laten staan. Daarnaast verhoogt het de droge stof opbrengst.

 

Bodemgesteldheid
Het is belangrijk om ieder gewas in de juiste bodem te zaaien. Zaai bijvoorbeeld een vlinderbloemig gewas op een armere grond. Zorg er van tevoren voor dat je een monster hebt genomen om te bepalen of o.a. de pH, Ca, Mg en P in orde zijn. Vergeet hierbij ook Kalium niet. Kalium zorgt namelijk voor groei. Bemest het gewas naar behoefte. Let ook op de zaaidiepte. Zo moeten bonen bijvoorbeeld dieper gezaaid worden dan granen.

 

GPS als alternatief
Tijdens het groeiseizoen kan er nog gewisseld worden tussen kracht- of ruwvoerteelt. Als er in een droog jaar toch een ruwvoertekort dreigt, kan een gewas als tarwe, gerst of bonen als GPS gehakseld worden. Het oogstmoment ligt bij GPS 2-3 weken voor het ‘oorspronkelijke’ oogstmoment. GPS wordt geoogst als de korrel deegrijp is en het blad nog groen. Het wordt gehakseld en kan bij de graskuil ingekuild worden. Let er met inkuilen wel op dat de GPS niet in de bovenste laag terechtkomt. Doordat GPS wat grover is zit er meer lucht tussen, waardoor de kuil eerder gaat schimmelen. Een laag van 40 cm gras erbovenop met 30-35% droge stof kan dit voorkomen.

 

Onkruid en oogsten
Onkruidbestrijding is belangrijk voor een goede opbrengst en zuiverheid van het product. Onkruid verdrukt het gewas waardoor het gewas minder ruimte heeft om te groeien en minder zonlicht opvangt. Hierdoor wordt de opbrengst lager. Daarnaast vervuilt onkruid het gewas. Met dorsen wordt ook het onkruid meegedorst. Dit betekent dat het of gevoerd moet worden of geschoond moet worden, wat geld kost. Bij mechanische onkruidbestrijding moet gerekend worden op vier keer schoffelen. Hierbij is het van belang om het onkruid te laten verdrogen. Bij het oogsten van mengteelt is het belangrijk dat er geoogst wordt voor het meest rijpe gewas uit de aar/peul valt. Langer wachten kost opbrengst door veldverlies, eerder oogsten kost opbrengst door groeidagenverlies.

 

Bij het combinen is het van belang dat het gewas zo droog mogelijk is. Minder dan 16% á 17% droge stof is ideaal. Als er meer vocht in zit is de kans op broei en schimmel groter. Veel onkruid maakt het combinen moeilijker en het product vaak ook vochtiger.

 

Verwerking
Als het product droog genoeg is kan het in de silo opgeslagen worden. Is het aan de vochtige kant dan kan slurven een optie zijn. Bij slurven wordt het voer gemalen, aangezuurd ter conservering en in een slurf gestopt. Gemalen kan deze een half jaar bewaard worden en ongemalen een jaar. Met voeren is het belangrijk dat er ongeveer een meter per week gevoerd wordt om het product smakelijk te houden. Bij vlinderbloemige gewassen is het van belang om een ras te kiezen wat niet bitter is. Met een monster kan de voederwaarde bepaald worden. Het is belangrijk om in overleg met uw voeradviseur uw rantsoen kloppend te maken zodat er niet te veel van één grondstof gevoerd wordt en de mineralen in het rantsoen voldoende zijn.